Op de opleiding Software Developer zijn de jaren een klein beetje anders ingedeeld dan op andere opleidingen, hier wordt namelijk met blokken gewerkt. Elk half jaar (6 maanden) is één blok, op het laatste blok na, waar de eindstage in plaatsvindt.
Ook is er een mogelijkheid om te versnellen, in dit versnellerstraject wordt blok E over geslagen en blokken F en G omgewisseld. Op het plaatje hiernaast is het versnellerstrajectaangeduid met een delta (Δ).
Aangezien een blok een half jaar is, kun je ook elk half jaar overgaan of blijven zitten. De overgansgregeling werkt met A punten, B punten en C punten.
A punten kun je behalen door de feedbackmomenten te halen, dit zijn toetsen en projecten die je in de lessen krijgt.
B punten kun je behalen door goed en actief mee te doen in de les, per les zullen er aandachtpunten gedeeld worden waar extra opgelet wordt.
C punten kun je behalen door mee te helpen tijdens opendagen en dergelijke. Hiermee kun je B punten compenseren, daarom worden ze ook wel "compensatie punten" genoemd. Deze resetten elk jaar.
Het rooster in het eerste jaar verschilt per klas, links kun je een voorbeeld hiervan zien.
Er zijn weinig tussen uren, maar de dagen zijn erg verschillend; sommige starten heel vroeg, terwijl andere erg laat beginnen. Dit rooster is voor een blok A klas, dit kun je zien aan de vakken.
In blok A en B krijg je voor het grootste gedeelte de zelfde vakken, namelijk: web development (WEB), native development (NAT), Nederlands (NED), Engels (ENG), praktijkondersteuning (PRO), praktijk (PRA), mentor uur (Mentor_uur), portfolio (POR).Er zijn een aantal verschillen echter, zo heb je in Blok A ook nog codelab en digitale vaardigheden (DIV) en in Blok B ook nog burgerschap (BUR) en algoritmiek (ALGO). Als je in het versnellerstraject zit dan heb je vanaf blok B nog een extra vak: Delta (DEL).
Sommige van de vakken zullen bekend zijn van de middelbare, andere zijn onbekend, deze zullen even toegelicht worden: